Tijdens de schommelbeweging komen verschillende, onzichtbaar werkende krachten tot een harmonische schikking. De speciale ervaring, met name het harmonisch heen- en weergaan op de zeer hoge schommel met zijn extra lange uitzwaai, wordt nog versterkt doordat de twee schommels met elkaar zijn verbonden. De zwaai van de ene- gaat over op de andere (stilstaande) schommel, waarna dit proces zich omgekeerd herhaalt. In een afwisselend ritme verplaatst zich de lang aanhoudende schommelimpuls van de ene naar de andere schommel. De partner die de zwaai ondergaat voelt op een ongewone manier hoe zijn/haar beweging terug wordt overgedragen op de tegenoverliggende schommel.